De Karabaier
De Karabaier is één van de oudste en veelzijdigste
Centraalaziatische
paardenrassen. Hij komt vooral voor in Oezbekistan, een gebied dat in de
Oudheid bekend stond om zijn paarden en dat veelvuldig wordt vernoemd in
verslagen van militaire veldtochten voor het begin van onze jaartelling.
Oezbekistan ligt midden in een netwerk van oude handelsroutes en zeker sinds
de tijden van de Perzen, rond zeshonderd voor Christus, zijn bereden
krijgers en troepen nomadische herders door dit ruwe landschap getrokken.
Daardoor zijn de plaatselijke paarden sterk beïnvloed door Arabieren,
Toerkmeense paarden en daaraan verwante woestijnpaarden uit naburige landen.
Kenmerken
Genetisch is de Karabaier het resultaat van kruising van de zuidelijke
oosterse rassen met de zwaarder gebouwde steppepaarden van het primitieve
type. Hieruit ontstond een klein, snel bewegend rijpaard met een
schofthoogte van ongeveer anderhalve meter. Het ras is grover en minder
elegant dat de Arabier, maar heeft veel van de kenmerken van dit ras. De
Karabaier mist echter het uitgesproken 'holle' profiel van de Arabier. Zijn
profiel is recht en vertoont soms zelfs een ramsneus. Het hoofd is fijn en
droog, een kenmerk van het woestijnpaard. Elke vlezigheid ontbreekt en de
aderen tekenen zich duidelijk af onder de dunne huid. Er is een neiging tot
koehakkig- en sabelbenigheid, maar de benen zijn uitzonderlijk sterk met
stevige pijpen : de rasstandaard die door de Sovjet-autoriteiten is
vastgelegd, vereist een omtrek van 19,6 cm voor hengsten en 18,8 cm voor
merries.
Het is een oergezond paard dat zelden last heeft van kreupelheid en over
een
uitzonderlijk groot uithoudingsvermogen beschikt.
Gebruik en omgeving
De Karabaier wordt zowel in het tuig als onder het zadel gebruikt. Vroeger
schijnen er drie aparte typen geweest te zijn : een vurig rijpaard, een
rustiger, zwaarden rij- en rijtuigpaard , en een tuigpaard met een langere
rug, dat door zijn bouw ook geschikt was als lastdier.
Tegenwoordig wordt de Karabaier nog steeds op twee manieren gebruikt, maar
zijn bouw is verbeterd. Dit is voornamelijk te danken aan de
fokkerijpolitiek van de stoeterijen in Dzjizal, bij Samarkand, en in
Avangard. Hier staan de beste exemplaren en de hengsten zijn beschikbaar
voor de verbetering van het ras. De meest voorkomende kleuren zijn bruin,
schimmel en vos. Valk en een doffe isabel-kleur komen soms ook voor, zoals
te verwachten is bij een ras dat zijn oorsprong vindt in steppepaarden.
KUP KARI, EEN TRADITIONEEL CENTRAAL AZIATISCHE PAARDENSPORT
Ruige traditionele wedstrijden met paarden van de nomaden op de centraal
aziatische steppe. Een heftig gevecht tussen de ruiters en hun paarden
om een dode geit of schaap.
Het karkas van een geit of schaap moet worden afgepakt en naar een goal of naar de tribune van de sponsors en organisatoren worden gebracht om daar te worden neer gegooid. Vaak is de reden voor Kup Kari een bruiloft. De ruiters en hun paarden zijn meestal extreem vaardig en zij maken de meest verbluffende bewegingen. Zij zijn in het bezit van verschillende wapens ter verdediging of voor de aanval.
Het karkas van de geit of het schaap wordt verzwaard en gevuld met zout waardoor het tussen de 40 en 50 kilo kan wegen. De ruiters vechten om het karkas en zodra ze dit hebben galopperen zij zo’n 50 tot 100 meter weg en gooien ze de dode geit neer.
Een scheidsrechter te paard probeert in meer of mindere mate het spel te controleren. Uiteindelijk is hij altijd degene die de definitieve winnaar aanwijst. De sport is om het karkas van elkaar af te pakken en om te proberen deze op de juiste plek neer te gooien.
Kup Kari wordt alleen in de winter gespeeld, het begint eind oktober en duurt tot het einde van maart. De wedstrijden beginnen rond 10 of 11 uur s’morgens en duren tot s’avonds een uur of 6. Het is een heftig gevechttussen de ruiters waarbij men het slaan met de zweep van paard en ruiter niet schuwt.
Het geluid van hinnikkende paarden en rennende mensen zijn constant aanwezig. Op de dag dat deze foto’s gemaakt werden, zijn er twee mensen uit het publiek ondersteboven gelopen door de ruiters met paard, maar op de een of andere manier hadden de paarden een extra zintuig waardoor deze mensen niet gewond raakten, alhoewel het hele voorval er erg angstaanjagend uitzag. De paarden zijn super moedig en hebben veel lef, tevens zijn zij erg trouw aan hun ruiter.
De ruiters zijn ervaren, zeer moedig en wreed, het spel Kup Kari kent bijna geen regels. Bebloede oren en blauw geslagen gezichten, tijdens deze speldag zagen we zelfs een paard die zijn oog verloren had door de heftige gevechten tijdens de wedstrijden.
De ruiters dragen hoge laarzen met grote hakken, gevulde jassen ter bescherming en een hoed van bont, of zoals sommige ruiters liever doen, een helm die normaal in een leger tank gebruikt wordt. De paarden worden speciaal gefokt voor deze wedstrijden en bezitten daardoor de specifieke benodigde karaktereigenschappen.
Op deze wedstrijd zagen we voornamelijk hengsten van pure Karabaier komaf. Soms vindt er ook rassenvermenging plaats met andere mongolische rassen, waardoor er ook enkele “half karabaiers” bij lopen.
De winnaars kunnen geld prijzen winnen of ze krijgen uitbetaald in vee. De prijzen varieren van 10 dollar tot schapen, geiten, jonge stieren en op de echt grote evenementen kunnen er zelfs auto’s verdient worden.. Elke wedstrijd duurt tussen de 15 en 30 minutenen dan start de nieuwe wedstrijd met elke keer een nieuwe winnaar en een prijs.
De foto’s die je ziet zijn van een wedtsrijd die gehouden is in de buurt van Karshi te Uzbekistan op 1 december 2003
Voor meer foto's: klik hier:
.